Psychoanalytisch Woordenboek

Introjectie

  • Duits: Introjektion
  • Engels: introjection
  • Frans: introjection

Door Ferenczi als eerste beschreven begrip. Het is de gefantaseerde overgang van objecten van de buitenwereld naar de binnenwereld, waarbij deze objecten hun intrinsieke kwaliteiten behouden. De introjectie onderscheidt zich van de incorporatie (die er het prototype van is) omdat ze niet beperkt is tot een lichamelijke verinnerlijking. Introjectie kan bijvoorbeeld plaatsgrijpen in het Ik, in het Boven-Ik et cetera. Maar als vorm van internalisering is ze nog niet zo ver gedifferentieerd als de identificatie. Deze term verwijst ook soms naar een afweermechanisme waardoor men zich verdedigt tegen het verlies van een geliefd object. Hierbij worden kenmerken van het object verinnerlijkt met als doel de nabijheid en de constante aanwezigheid ervan zeker te stellen. Freud gebruikt het begrip veelvuldig als een aspect van het rouwproces in 1921c; 8: 259v. [MH]

Literatuur

  • Freud, S. (1921c) ‘Massapsychologie en Ik-analyse’, Werken 8: 225, 227-292.
Verder op psychoanalytischwoordenboek.nl: