Psychoanalytisch Woordenboek

Passiviteit

  • Duits: Passivität, die
  • Frans: passivité

Dit is niet denkbaar zonder haar tegenpool, de activiteit. Ze horen bij elkaar, ofschoon zij tegenovergestelde richtingen aangeven. Zij zijn eigenschappen van de driften en geven het doel aan waarop zij gericht zijn. Prototype van de passiviteit is de prikkeling van het slijmvlies van de darmen, terwijl de beheersing van de spieren het prototype van de activiteit is. Aanvankelijk krijgt bij Freud passiviteit na de oedipale fase steeds eenduidiger de connotatie van vrouwelijk. ‘Wat wij in het leven mannelijk of vrouwelijk noemen, brengt de psychologische zienswijze terug tot de kenmerken van activiteit en passiviteit, dat wil zeggen tot eigenschappen die niet de driften zelf, maar hun doelen kunnen worden nagegeven’ (1913j; 6: 272). Later heeft ook Freud erkend dat zowel mannen als vrouwen een mengsel van activiteit en passiviteit vertonen. Passiviteit kan bij de man angst opwekken, als zij wordt verward met soft of homoseksueel. Zie ook Antoniemenpaar. MDM]

Literatuur

  • Freud, S. (1913j) ‘Het belang bij de psychoanalyse’, Werken 6: 255, 256-279.
Verder op psychoanalytischwoordenboek.nl: